Find a friend who… – Groep 5-8
In this activity the children practise how to make questions. Then they do a cooperative speaking activity: they ask and answer questions in order to get five in a row.
In this activity the children practise how to make questions. Then they do a cooperative speaking activity: they ask and answer questions in order to get five in a row.
In deze activiteit omschrijven de leerlingen Sinterklaas-woorden en oefenen ze het formuleren en stellen van vragen.
In this activity, children learn to sing an echo song about friends in class. Being friends means doing things together, whether it is walking, playing or reading. The children echo parts of the lines in the song.
Dit griezelthema gaat over witches and monsters en bestaat uit drie lessen met verschillende interactieve werkvormen. De leerlingen oefenen niet alleen de woorden die bij het thema horen, maar herhalen ook de lichaamsdelen. Elke les duurt gemiddeld 45 minuten en is uit te breiden naar 2 x 30 minuten door activiteiten te herhalen.
Dit griezelthema gaat over witches and monsters en bestaat uit drie lessen met verschillende interactieve werkvormen. De leerlingen oefenen niet alleen de woorden die bij het thema horen, maar herhalen ook de gevoelens, lichaamsdelen en kleuren. Elke les duurt gemiddeld 45 minuten en is uit te breiden naar 2 x 30 minuten door activiteiten te herhalen.
Dit griezelthema gaat over monsters and ghosts en bestaat uit drie lessen met verschillende interactieve werkvormen. De leerlingen oefenen de woorden die bij het thema horen en het beschrijven van lichaamsdelen. Elke les duurt gemiddeld 60 minuten of 2 x 30 minuten door de activiteiten over twee momenten in de week te verdelen.
Dit griezelthema gaat over monsters and ghosts en bestaat uit drie lessen met verschillende interactieve werkvormen. De leerlingen oefenen de woorden die bij het thema horen en het beschrijven van lichaamsdelen. Elke les duurt gemiddeld 60 minuten of 2 x 30 minuten door de activiteiten over twee momenten in de week te verdelen.
This is a CLIL lesson for young children. They listen to a book which is read aloud and learn what a flower needs: no pizza, cheeseburger or spaghetti, but soil, sun, rain and wind!
Dit project gaat over homes and houses en bestaat uit drie lessen. De leerlingen kijken en luisteren naar de prentenboeken Goldilocks and the three bears en Handa’s Hen (of naar de filmpjes van de boeken). In groepjes knutselen ze een huis en vertellen daarover aan elkaar.
Dit project gaat over homes and houses en bestaat uit drie lessen. De leerlingen kijken en luisteren naar het prentenboek Mama Panya’s Pancakes (of naar het filmpje van het boek). Ze ontwerpen hun eigen huizen en presenteren die aan elkaar.
Dit project gaat over homes and houses en bestaat uit drie lessen. De leerlingen leren over traditionele huizen en ‘bijzondere’ huizen van over de hele wereld. Ze maken een tekening van hun eigen bijzondere huis en presenteren die aan elkaar.
Dit project gaat over homes and houses en bestaat uit vier lessen. De leerlingen leren over huizen van de toekomst, waarbij duurzaamheid een belangrijke rol speelt. Ze maken een poster over hun huis van de toekomst en presenteren die aan elkaar.
This role play encourages the class to be creative and prepare for a fun speaking activity in pairs.
This activity is about the cartoon Little Princess: I want to go on holiday. The children think about spring cleaning and going on holiday. They also learn how to greet a member of the royal family! This activity can be spread over two lessons.
This activity creates a starting point of Saint Nicholas vocabulary that is present in the group, after which a game is played to revise the spelling of the words.
The body is an excellent topic for TPR (Total Physical Response) activities. These activities are a great way to get the children up and about. With only little preparation you will have lots of fun while all the body parts are practised and revised.